Transcription (in old Dutch) August 7, 1702 Adriaan Rustenburgh

 

PRO DEO

 

De eersten notaris hiertoe versocht sal behoorlijck geassisteert uijt den name, en van weger Volcard Janse Tor, woonachtig op Oostvlieland sig transporteren, en vervoegen aen de persoonen, of ter woonplaatse van Willem, en Evertje Vlaming, woonende tot Amsterdam, en aen dieselve uijt den name en van weger de voornoemde Volcard Janse Tor doende naarvolgende insinuatie en protestatie

 

Volcard Janse Tor, woonachtig op Oostvlieland doet mitsdesen door mij notaris en de presente getuijgen u Willem, en Evertje Vlamingh seggen, dat hij insinuant voor vier a vijf dagen van Oostvlieland gekomen sijnde tot Hoorn, omme te vernemen of gij geinsinueerden u geinterjecteerd appel oock waart vervolgende, aldaar bij Hendrik van Koolwerft heeft gevonden copie van een mandament luijdende alsvolgt

 

Den president ende Raden over Holland, Zeeland en Vriesland den eersten deurwaarder hierop versocht saluijt (?), alsoo Willem Vlaming, en Evertje Vlaming, mitsgaders Abraham Heermans, als bij Commissarissen van de desolate Boedels der stad Amsterdam gestelde curateur over de boedel van Volkard Janse Tor hem voor syn intrest met de twee eerste supplianten in deser voegende ons vertoont hebben, dat sij supplianten genootsaeckt sijn geworden voor de gerechte der stad Hoorn proces te sustineren, als gedaegdens bij mandament van cessie met committimus (?) aen de gerechte der voorszegde stad Hoorn ter eene op en jegens de voornoemde Volkard Janss Tor, insinuant, uijt voorszegde cas ter andere syde dat de voorszegde sake ter rolle van de voorszegde stad Hoorn dienende, en tegens de voorszegde twee eerste supplianten eijs(ende?) gedaan zijnde in ordinaria Forma, bij ofte van wegens deselve supplianten in geproximeert exceptie deels (...?) en van renvoij, en dat dese sake daarop sijnde voldongen, en bepleijt, daarop gevolgt is, een nul vonnisse van dato 3 juli 1702, en waarbij de voorszegde schepenen hun merckelijk  abuserende de voorszegde geproximeerde exceptie hebben gerejecteert [= afgewezen] met condemnatie van costen en de geobtineerde brieven van cessie dienvolgende geinterineert, dat de voorszegde twee eerste supplianten hun bij hetselve vonnisse merckelyk vindende besware (?) soo hebben sy hun daarvan gesteld appellanten aen desen hove, en t’ selve nu prosequerende, soo keeren sij haar aen de hove (soo sij seggen) versoekende daerom onse provisie, soo ist, dat wij u committ’s bij desen, dat mits bij de supplianten eerst, en alvoorens in handen van de rentmeester van de explointen van dese hove geconsign sijnde de boete van t’ Fol appel, van wege de hooge overigheijd te dagvaarden de voornoemde Volkard Jansse Tor, te compareren of gemachtigden te senden t’eenen bequame dage voor dese hove omme t’ voorszegde vonnisse ten regarde van de voorszegde geproponeerde exceptie bij ons te sien annulleren, en te niete doen, t’ selve te sultineren of daarvan te renuncieren [= opzeggen] soo haren goeden raad gedragen sal, inthimerende die van de voornoemde gerechte der stad Hoorn ten voorszegde dage, mede te (kom ?)

 

Of gemachtigde te senden indient henluijden belieft en hen dien sake eenigsints aengaat bevelende voorts van wegen als boven op sekere groote pene [= boete] daar jegens te verbeuren (?) de voornoemde gedaagde en geinthimeerdene in prejudicie van de voorszegde appellatie niet te attenteren nochte immoveren (?), maar ter contrarie [= integendeel] indien er iets geattenteert, of geinmoveert ware t’ selve terstont, en sonder vertreck te repareren, en stellen in sijn eerste en behoorlijcke state, en derwijl de voornoemde Volkard Jansen Tor sig onthoudende is buijten de jurisdictie van desen hove, soo doet u exploint aan desselfs factoors, procureurs, en ondervinders van sijne goederen, indien hij eenige heeft binnen deser jurisdictie, indien niet, bij openbare edicte op de uiterste palen (?) deser landen, naastgelegender plecke sijnder residentie, insinuerende hem t’ selve bij uwe besloote missive met copie van desen ten eijnde deselve hier af geen ignoratie [= onwetendheid] pretenderen en mag, welck exploint bij u alsoo gedaan sijnde, wij houden sullen van alsulcker waarde, alsof sulcx aen sijn persoon gedaan ware, ons relaterende u wedervaren. Gegeven in Den Hage onder t’ zegel van justitie den 18 juli 1702 onder stond bij mijnen heeren president en raden over Holland, Zeeland en Vriesland was getekent David Thielenius (?) 1702 hebbende onder uijthanger t’ voorszegde zegel in roode waecke (?) 1702 stond wijders

 

uijtgegeven voor copie, de originele deses werd door mij onderge(zegde?) deurwaarder (voor soo vele des noots sij)  naar sijn forme, en inhouden van wegen de hooge overige geexlointeert aan Hendrik van Koolswerf, waarvan de rechtdag sal dienen ad (...?) na de aanstaande groote vacantie 1702 ter Fine, en met bevel op paene [= boete]  van vijftig Carolus guldens als bij t’voorszegde mandament actum Hoorn den 26 juli 1702 en is geteckent B. Pelkoor (?)

 

Ende alsoo gij geinsinueerde ad (...?) dit mandament tot noch toe niet hebt laten explointeren [= uitvoeren] noch aen sijn woonplaats op Oostvlieland, nochte oock bij edicte (voor soo veel hem is bekent, veel min volgens t’bevel van den bovengenoemde hove, soo doet den insinuant ulieden insinueren (?) bekent maken, dat hij niet is fugitif [= voortvluchtig?] of sutiterende, veel min sig onthouden buijten de jurisdictie van gemelte hove, maar wil, dat hij sijn vaste woonplaats en verkeeringe als voor desen op Oostvlieland is houdende, ende daar te vinden is, vervolgens insinueert hij ulieden verder, indien u genegen sijt UEdele geinterjecteert, en geobtineert appel na behoren te vervolgen, dat gijlieden t’ selve aan hem bijtijds aan sijn woonplaats op Oostvlieland kunt laten explointeren bij faute van dien protesteert den insinuant niet alleen van costen, schaden, en interessen, maar oock van nulliteijt [= een onbenulligheid/ iets onbelangrijks] des proceduren, die anders bij uEdele mochten werden geëntameert, of geïntersteert, of te reets sijn gedaan, gelijck oock van desertie van appel, en alle andere behulpmiddelen, hem insinuant oorbaarlijckst sijnde versoekende hier op u bcort (?) en categoris antwoord [ondertekent door: Folkert Jansen Tor]

 

Op huijden den 7 Augustus 1702 heb ik Adriaan Rustenburgh, notaris publicq, bij den hove van Holland geatmitteert, residerende binnen Amsterdam met de getuijgen naargenoemt, my uyt de name van Volcert Jans Tor getransporteert ter woonplaatsen van Willem, en Evertje Vlaming, doch Willem Vlaming absent sijnde dese insinuatie en protestatie Evertje Vlaming voorgelesen (en na sijn forma en inhoud geexploiteert? staat in de kantlijn) die tot antwoord gaf dat Willem Vlaming uijt de stad was, en dat sij copie versocht. T’welck aldus passeerde in Amsterdam ter presentie van [twee getuijgen: Willem Gudde en Silvester van Bringh]