For those of you who are able to read (old) Dutch, you can read all the wills that Evertje had drawn up during her life here

October 29, 1736 a disposition with Mathys van Son

Evertje lives on the Singel

This is a disposition and not a will, in the sense that it does not state that all previous wills expire, nor does it state she is of sound mind and body...

 

De Testatrice ingevolge het vermoogen aan haar verleent by de Testamente van haar broeder Cornelis Vlaming ten overstaan van my notaris gepasseert 23 october 1734, en met zyn dood bekragtigt, beveelende van de hooftsomme van vierendertig duisend guldens in denselve uitterste wille breeder gemeld in het geval als wanneer haar dogter Maria Boef sonder kind of kinderen deser wereld overlijd, verklaard daarinne te institueren met die somme van vierendertig duisend guldens te begunstigen ende te begiftigen haare neef Arent Vlaming Selkart, dogh soo hy ongetrouwt of getrouwt sonder wettige afkomelingen sterft, sal die hooftsomme werden verdeeld op wijze als hierna sal worden vermeld

En soo hij uit een wettig huwelijk kind of kinderen nalaet, sal deselve somme moeten koomen, en erven op deselve sijn kind of kinderen met verdere begeerte, dat soo bij aldien dat sijn kind of kinderen sterft of sterven voor den ouderdom van vijfentwintig jaaren sonder nakomelingschap, alschoon sodanig kind oock was getrouwt voor desselfs 25 jaar

 

sal de gemelde hooftsomme sonder eenige aftreck van Trebellianice gedeelte, of sonder vermindering van 100 en 200ste penningen of andere ordinaire en extraordinaire belastingen geheeven of te heffen, moeten erven en worden verdeijld soo als hierna word gesegt

 

1) Vooreerst maackt zij Testatrice in de voorgestelde gevallen aan den heer regeerend schepenen meester Nicolaas Witsen Jonaszoon, ofte by desselfs vooroverlijden aan zijn kind of kinderen de somme van 4.00 guldens

item aan desselfs suster mevrouwe Catharina Witsen huijsvrouwe van den heer scheepen meester Gerrit Hooft Gerrits, ofte bij haar vooroverlijden aan haar kinderen, de somme van 4.000

en sulcks tesaamen 8.000

 

2) Ten tweeden aan de kinderen of verdere afkomelingen bij plaatsvullinge van den heer president scheepen meester Nicolaas Witsen tesaamen vier duisend guldens

 

3)  Ten derden aan de kinderen of verdere afkomelingen bij plaatsvullinge van den heer resident Nicolaas Warin 2000

item aan de kinderen of verdere afkomelingen bij plaatsvullinge van den heer secretaris meester Pieter de la Court 2000 (tesaamen 4000)

 

4) Ten vierden aan mevrouwe Elisabeth Blocquerie huijsvrouw van den heer Hendrik Lijnslager of bij haar vooroverlijden aan haar kinderen 2000

item aan mevrouwe Blocqerie huisvrouw van den heer Hogenhouck, Burgemeester tot Leijden 2000 is tesamen 4000

 

5) Ten vijfden aan den heer secretaris meester Jacob Hooft 2000

 

6) Ten sesden aan haar neeven en nigten Willem, IJsbrand, Cornelis, Neeltje, Anna en Catrina Bets ieder 1000 (is samen 6000)

 

7) Ten sevenden aan haar nigte en neef Keetje Post en Gerrit Post elk 3000 tesamen 6000

 

Mocht iemand wegvallen dan wordt hun deel evenredig verdeeld over de rest

 

Verder was haar Testatrices begeerte, dat soo bijaldien ten tijde van het gemelde eventuele geval, een of meer der sevenleedige verdeelingen door gebrek der personen in die begiftiging genoemt, vervallen was, in soo een geval dat gecaduceerde deel sal koomen, en geérft worden bij de andere overige begiftingdens na evenredenhijt der somme in de overige deelen hiervoren genoemt

 

En steeds zy Testatrice tot executeurs van dese dispositie en administrateurs dier somme van vierendertig duisend guldens de Heeren Nicolaas Witsen Jonaszoon en d Heer Jacob Hooft Gerritsz beyde hiervoren gemeld

en ze mogen zelf een ander aanwijzen als een van die beiden overlijdt

 

De Testatrice sluit in alle gevallen uit (haren boedel) de weeskamer van dese stad of andere plaats van haar sterfhuis en alle anderen die eenig gesag zig zouden willen aanmaetigen

 

November 28, 1737 a will with Mathys van Son

 

In de naame Godes amen

Op huiden den 28 november 1737 s’avonds te negen uuren is voor my meerster Mathys van Son notaris tot Amsterdam, en nagemelde getuigen verscheenen juffrouwe Evertje Vlaming, weduwe Claas Boef, wonende op Cingel my notaris bekend, gesond na den lichaam, en omme by weege van uitterste wille te disponeren ten vollen bequaeme als opentlijk bleeck, dewelke na aanbeveelinge van siel en lichaam als na behooren wilde disponeren van de somme hier na te melden op wijze en ten behoeve als volgt

In marge wordt verwezen naar:

20 december 1737

testament van 22 maart 1738 

en nader testament van 27 dec 1739

 

So Arend is out of this will and it says "if Maria dies without children".

All points are the same, but at point 7 Gerrit Post has disappeared and Keetje gets (first 3000, now his share too) = 6000

 

A MONTH LATER!! December 20, 1737 a will with Mathys van Son

om acht uur ‘s avonds bij haar thuis aan de Singel, siekelijk op de rustbank

vernietigde alle vorige gemaackte uitterste willens en daaronder dan oock wel bijzonderlijk de speciale dispositie die sij testante op 28 nov van dit jaar

alleenlijk legateert zij testatrice uit die somme (van haar broer Cornelis) als haar dogter zonder kind of kinderen sterft aan de heer scheepen Nicolaas Witsen Jonaszoon 4000, aan den heer secretaris meester Jacob Hooft 2000, en aan haar nigte Keetje Post 6000

wyders maackt sij testatrice aan haar nigte Keetje Post of bij haar vooroverlijden aan haar kind of kinderen haar huis in de Bergstraat daar de korenmaat in de gevel staat, of als zij testatrice dat huis verkoopt de somme der kooppenningen, tenzij Keetje eerder overlijdt dat is het huis voor haar dochter Maria 

Daarop benoemt Evertje tot haar algehele erfgename haar dochter Maria getrouwd met Jan Salomon Rosthuijsen of hun kinderen bij plaatsvulling, met volle regt van erfstellinge

 

Three months later: March 22, 1738 a will with Mathys van Son

Zij vernietigt alle uiterste willen, uitgesondert nogthans haar testatrices particuliere despositie van 28 november 1737, die zij wilde hebben gehouden van volle craght en waarde

en verder op nieuws van haar andere goederen disponerende maakt sij testatrice aan haar nigte Keetje Post haar huis in de bergstraat met de korenmaat in de gevel of anders de penningen bij verkoop

wijders steld en benoemt sij testatrice tot algeheele erfgenaeme van het geene zy testatrice verder met de dood ontruimen en nalaeten sal, roerend en onroerend, actien crediten en geregtigheeden, niets (?) uitgesonderts, haare dogter Maria Boef, weduwe Johan Salomon Rosthuijsen, of bij haar vooroverlijden haar na te laten kinderen uit een volgend huwelijk te verwekken

 

(At Mathys van Son - notary on the Keizersgracht)

 

Grandson born on December 20, 1739!

December 27, 1739 at Mathys van Son

At seven o'clock in the evening, Evertje lives on the Singel and is sickly

 

vernietigt alle uiterste willen behalve die van 28 november 1737

De testatrice maackt aan Cornelia Post by haar wonende voor haar getrouwe diensten en oppassingen in sieckte en gesondhijd, de helfte in het huys op Cingel althans by haar testatrice wordende bewoond, en soo by aldien sy testatrice hetselve huijs by haar leeven mogt vercoopen, alsdan maact sy aan haar de helfte van die somme waarvoor hetselve huijs door haar testatrice bevonden sal worden vercogt te weesen

Wyders maact sy aan deselve Cornelis Post, en by haar vooroverlijden aan haar kind of kinderen, alle den huysraad, meubelen, inboedel, kleederen, porcelijnen, goud, silver, juweelen en cleijdodien, niets uitgesondert van al het gunt daar onder begreepen word, die sy testatrice soo op Vlieland als ten haaren huisen alhier met’er dood ontruijmen en nalaten sal, alleen worden daaronder niet begreepen de vollen Damasten, gros du touren, gorgerons en heele stukken Neteldoeck, welke vier soorten sy testatrice wil gereekent hebben als na te laetene coopmanschap en mitsdien onder het gemaacte nut begreepen te sijn en sal de voornoemde Cornelia Post (of haar kinderen) moeten uitkeeren uit den na te laetene inboedel aan Willem Cornelis Vlaming van Itsma, haar dogters soontje, haar testatrices gouden ketting met de medaille

item aan de heer secretaris Nicolaas Witsen haaren anderen gouden medaille

Aan den heer resident Warin een blauw stel porcelijn staande in de binnecamer

Aan de heer secretaris De la Court haar Japans stel porcelijn, staande op de saal naast het cabinet

Aan mevrouw Hogenhouck te leijden een rood Japans stel porcelijn staende boven op solder en een groote blauwe doofpot met decksel staande in de voorcamer in de schoorsteen

Aan mevrouw Elisabeth Bouquerie, huysvrouw van den heer Hendrick Lijnslager, een rood Japans stel, staende op de agtercamer op de porcelijnkas, met een blauwe doofpot met decksel, staande op de agtercamer

Aan mevrouwe Catharina Witsen, huisvrouw van de heer scheepen Gerrit Hooft Gerrits, een verlackt cabinetje, staande op de binnencaemer op de tafel en een Japans lampetschootel en kan

Aan mevrouw de weduwe van de heer scheepen Nicolaas Witsen Jonaszoon een rood Japans stel, staande op de saal in de schoorsteen

Aan de heer scheepen Jonas Witsen een rood Japans tafelservies van negentien schootels en vierentwintig borden

Aan de heer Hendrick Lijnslaeger capitein ter Admiralitijt alhier, een dergelijke rood tafelservies

Wyders maact sy testatrice aan haar neeven Willem en IJsbrand Bet (...) haar scheepsportie (?) daar van Duykeren Boeckhouder van is

Aan Saartje Scheltus op Vlieland twee honderd guldens, en aan Folletje Ari Jansz meede op Vlieland twee honderd guldens

en in alle haare verdere na te laeten goederen sonder onderschyd waar gestaen of geleegen, steld en benoemt sy testatrice tot haar eenige erfgenaeme van het geene  sij verder nalaeten sal, haar eenige dogter Maria Boef, getrouwt aan de heer Wybrand van Itsma, en by haar vooroverlijden alsdan het voornoemde haar soontje en haar verdere na te latene kinderen

De testatrice sluijt uit haaren boedel en nalatenschap de weescamer van dese stad en andere plaatsen van haar te vallende sterfhuijs

De testatrice benoemt tot voogden en administrateurs van het geene sy testatrice aan Cornelis Post nalaten zal de heeren burgemeester Hogenhoeck te Leijden en capitijn Lijnslager alhier (...) en zullen die heeren den inboedel bewaaren onverkogt tot mondigen daege of eerdere trouwdag van Cornelia Post

Ten huijse van haar op de Cingel

 

April 16, 1744 Cornelia marries

De heer Jacob Beth, geadsisteerd met desselvs vader de heer IJsbrand Beth ten eene

ende juffrouwe Cornelia Post geadsisteerd met juffrouwe Evertje Vlaming, weduwe Claas Boef, en de weledele gestrenge heer Hendrick Lijnslaeger capitijn ter zee van het Ed. Mog. Collegie ter Admiralitijt alhier ter andere zijde

En verclaaren de Comparanten voorneemens te weesen met den anderen huwelijck aen te gaen op voorwaarden dat’er geen gemeynschap van aen te brengene of staende huwelijck op te coomene ervenissen of bestervenissen weezen sal, dat’er oock niet zal weezen eenige gemeynschap van winst en verlies staende huwelijck te vallen, maar dat die zullen weesen voor de reekening van den toecoomende Bruijdegom, e’dog zal de juffrouwe toecoomende Bruijd de keuze en optie hebben, omme by scheyding des huwelycks en in alle andere gelegentheeden, of sy wil participeren in de winsten of verliesen des huwelijcks, oftewel dezelve laeten voor reekening van haaren toecoomende man (ofte desselfs boedel)

Bedingende de toecoomende Bruijd voor haer en haer afcoomelingen het reght van dote (?), legael hypoteec, en inteferentie (?) de vrouwen na de beschreevene regten op de goederen des mans vergunt

De toecoomende Bruijdegom zal niets ten huwelijck aenbrengen dan syn kleederen van syde, linnen en wollen en het geene verders tot syn draght en cieraat behoord, en het gunt hij buijtendien eijgen soude moogen hebben

Van den anderen cant belooft de juffrouwe adsistente Evertje Vlaming, weduwe Claas Boef aende juffrouwe Bruijd ten huwelyck meede te geeven haer huijs staende in de Bergstraat daer de Koorenmaet in de gevel staet, en daerenboven meubelen en huijsraad tot ordentelyke meubeleeringe van een huijs tot haer beschijdenthijd en goeddunken in consideratie van de goede diensten en oppassingen van haer genooten

De Juffrouwe Bruijd zal ten huwelyck aenbrengen een obligatie groot Een duijsend guldens door Anthonij Baron onder desselvs hand getijkent loopende tegen vier precent intrest s’jaers en nogh daerenboven de navolgende juweelen goud en silver als

Twee dubbele snoerpaerlen, een met erg fijne boot en d’ander met een goud capittel stockje

Een paar fijne orelletten

een cruys met neegen diamant en een cropsteen

Twee fijne ringen

nog een fijne ring

Twee spelden ieder met een diamant

Een ceintuurgesp met diamanten

Een snoer fijne paarlen met roode coralijne plaatjes tusschen beyde

Een gouden beugeltas en haak

Een gouden sackhorloge en haack

Een agathe mesje en vorckje met goud beslag

Een psalmboeck met goud beslag

Een paar dubbelde gouden mouwcnoopjes

aght agnete cnoopjes int goud geset

Een paar gouden braseletten

Een gouden snuyfdoos

een goud signet (?)

een goude ceintuurgesp

Een paar Oostindische steentjes om op de hand te draegen in t’ goud geset

Een schildpadde doosje met goud beslag

Een paar orelletten paarlemoer in t’ goud geset

Een silvere theekeetel en convoir

Een silvere coffiekan

vier silvere candelaars

Een silvere snuyter en back

twaalf silvere leepels en vorken

Een silvere inktcoker met een schel daarop

ses silvere messen

een silvere sack inktcooker

Een silver juweelcoffertje

een silvere snuyfdoos 

een schildpaddedoos met silver

een agathe doos met silver beslag

Een silvere suyker...(?, vlek)

Een caste met twaalf silvere vorkjes en mesjes

een silvere beugeltas

een silvere tuijgje

mitsgaders haare kleederen van syde, linne en wolle en ‘t geene verder tot haar draght en cieraat behoord, 

En zal van wederzijds aenbreng, na het voltrockene huwelyck, worden gemaact geteekende specificatie, van die cragt en waerde te houden, even, of in deesen notariale antenuptiale contracte [= huwelijkse voorwaarden] was ingelast

En belooven de Comparanten hun voorgenoomene huwelijck op dese contracte antenuptiael eersdaegs te voltrecken, en het veraccordeerde elcanderen gestand te doen en te zullen nacoomen onder verband van persoonen en goederen en bedwang des regts

 

(She signs with Evertje Vlaming without the permanent addition Widow Claas Boef due to lack of space)

 

September 27, 1773 the legacy at Wessel van Kleef

Mr Pieter Elias visits the notary for his 4 minor children.

His wife Hester (Elisabeth) Witsen has died, daughter of the late Nicolaas Witsen Jonaszoon.

Catharina Witsen, the wife of Gerrit Hooft Gerrits, also died without leaving any descendants - all four descendants of Nicolaas Witsen Jonaszoon.

The deed is 7 sides long

 

Te kennen geevende, dat wylen den heer Cornelis Vlaming by zyn testament op den 23 october 1734 ten overstaan van de notaris M. Mathys van Son en getuygen binnen dese stad gepasseert, by legaat of prelegaat heeft gemaakt en besproken aan zyn nigt Maria Boeff of by haar vooroverlyden aan haar kinderen uyt zyn Testateurs Nalatenschap een Somme van vierendertig duysend guldens waarvan zy geduurende haar leven de suyvere vrugten na aftrek van de Reéle Lasten trekken zoude, en welk capitaal na haar overlyden zoude moeten komen op haar kinderen, die zy mogt nalaten, en zo zy geen kind of kinderen nalied (dat gebeurd is) die somme van vierendertig duysend guldens zoude moeten komen op haar moeder des Testateurs zuster Evertje Vlaming weduwe Claas Boeff, dog zo deselve Evertje Vlaming voor hem Testateur overleden was (dat niet gebeurd is) zoude de voornoemde nigte Maria Boef zonder kinderen overlydende van dat capitaal beveelen na haar welgevallen maar daar en tegen verder gewild en begeerd dat zo by aldien zyn testateurs zuster hem overleefde en voor haar dogter sterft, dat als dan en in dat geval by overlyden van de voornoemde nigte Maria Boeff zonder kind of kinderen na te laten (welke drie gevalle zyn geexteert:[= aan alle drie bovengenoemde voorwaarden is voldaan: Evertje overleeft hem en sterft voor Maria en die bleef kinderloos] de voornoemde somme van vierendertig duysend guldens zoude moeten komen aan diegeene die de voornaemde zyn Testateur zuster Evertje Vlaming by haar testament of ander dispositie daarmede in zo een geval zoude bevonden werden te hebben begunstigd en begiftigt. En heeft de testateur by dat testament tot administrateurs van dat Capitaal aangesteld en gecommitteert de Heer Meester Jacob Bakker Lestevenon oud Schepen van deze Stad, en de Heer Nicolaas Warin Resident van Zyn Koninglyken Majesteit van Pruyssen, welke beyde Heeren reets zyn overleden, en in welken plaatse de twee Heeren laasten Comparanten in dezen zyn gesuccedeert

Dat de gemelde Juffrouw Evertje Vlaming, weduwe Claas Boeff, by dispositie op den 28 November 1737 ten overstaan van de notaris M Mathys van Son en getuygen gepasseert, ingevolge het vermogen aan haar verleend by de testamentaire dispositie van haar broeder Cornelis Vlaming, ten overstaan van de gemelde notaris van Son en getuygen gepasseert 23 october 1734 en met zyn dood bekragtigd, beveelende van de hoofdsomme van vierendertig duysend guldens, en dezelve uyterste wille breder gemeld, in het geval als wanneer haar dogter Maria Boeff zonder kind of kinderen dezer wereld overlyd, heeft verklaard daarin te institueeren, en met die somme van vierendertig duysend guldens te begunstigen en te begiftigen de nagemelde persoonen op wyze als volgd

Alle zeven delen als eerst overgeschreven

Dat de gemelde Cornelis Vlaming eens en vervolgens zyn vernoemde zuster Evertje Vlaming weduwe Claas Boef is komen te overlyden, de voornoemde overledene Heeren M. Nicolaas Warin en M. Pieter de la Court in qualiteit als gestelde en gesurrogeerde administrateurs uyt den boedel en van de Erfgenaemen van meergemelde Evertje Vlaming ter voldoening van het voorschreven door Cornelis Vlaming gelegateerde Capitaal van f.34.000,- hebben ontfangen Een kusting brief [= een pandbrief] groot in Capitaal agtien duysend guldens, vier gemeene Lands obligatien ten Comptoire Haarlem zamen in Capitaal bedragende negen duysend en twee hondert guldens en het overige in contante, zoals breder is blykende by de acte van quitantie deswegens op den 15 maart 1749 ten overstaan van de notaris Otto van Dam en getuygen binnen deze stad gepasseert, en welke daarby gemelde Contante mede door de benoemde Heeren administrateurs zyn belegt in gemeene Lands obligatien zamen bedragende f.7400,-

Dat het gemelde alzo belegde capitaal vervolgens en van tyt tot tyt door den administrateurs en zulks ook door den Heeren Comparanten ten Laaster Zyde is geadministreert die de suyvere vrugten daarvan zaailyk in gevolgen het Testament van Cornelis Vlaming hebben uytgekeert aan de voornoemde Maria Boef volgens de respective quitantien daarvan zynde

Dat de gemelde Maria Boeff vervolgens mede en wel op den 10 Maart 1772 is komen te overlyden zonder eenig descendent of descendenten te hebben nagelaten waardoor dan het voorschreven fidelcommissare icapitaal van vierendertigduysend guldens oftewel het suyver provenue (?) vandien is gedolveert (?) op de door Evertje Vlaming weduwe Claas Boef daartoe by haar voorschreven dispositie benoemde persoonen dewelke door de gezamentlycke Comparanten ter 1. 2. 3.  4. 5 en sesder zyde in dezen werden gerepresenteert

Dat de gemelde Heeren Comparanten ter Laaste Zyde in hunne gehad hebbende qualiteit na doode van de voornoemde Maria Boeff zig  by Requeste hadden geaddresseert aan de Edele Achtbare Heeren Scheepenen van deze Stad, en door deselven (omme instaat te zyn  het provenue (?) van het gelegateerde capitaal aan de geintresseerdens uyt te keeren) zyn gequalificeert om de kusting te doen aflossen en de verdere Obligatien tot het voorschreven legaat behoorende te verkoopen en aan de Koopers te transporteeren en de kooppenningen te ontfangen zoals dat blykt by de Respective appointementen van de Edel Achtbare Heeren Scheepenen van deze Stad de datis 23 Maart en 9 April 1773

Dat zy Heeren Comparanten ter Laaster Zyde hadden doen aflossen de voorschreven kustingbrief en in publicque veyling verkogt alle Obligatien tot het voorschreven legaat behoorende en het Provenue daarvan nevens de revenuen zedert de dood van Maria Boeff ontfangen, en daartegens voldaan en betaald aan de Erfgenaemen van Maria Boef de Intressen tot de dag van haar overlyden te Goede, alsmede en insonderheyt een somme van f.3840 voor het regt der Collaterale Successie van alle die Effecten aan den Landen verschuldigd volgens quitantie van de Heer Secretaris  N. Witsen in dato 6 april 1773 origineel aan my notaris vertoond, mitsgaders de verdere onkosten en Lasten deswegens voorgevallen

Dat zy Heeren ter Laaster zyde nu (?) instaat en geneegen zynde om het suyver provenue van het voorschreeven gelegateerde capitaal aan de gezamentlyke geinteresseerdens te voldoen en uyttekeeren ten dien eynde vooraf door haar Heeren Comparanten ter Laaster zyde aan de gezamentlyke overige comparanten is gedaan en gegeeven behoorlyke rekening en verantwoording van alle het geene door haar dienaangaande is gedaan en verrigt en zulks van den ganschen ontfangst en uytgaaf deswegens gehad en gehouden, en welke rekening die gemunieert is volgens de ordonnantie geemanneerd op het klynzegel met twee zegeld uytmakende het gerequireerde zegel van f.30,- is sluytende met een batig saldo van meerder ontfangst als uytgaaf om aan de gezamentlyke geinteresseerden uyttekeeren ter Somme van Eenendartig duysend en seventig guldens

Dat zy gezamentlyke Comparanten ter Eerster. Tweeder. Derder. Vierder. Vijfder. en Sesder Zyde zo in prive als qualite voorschreve de gemelde Rekening en verantwoording naauwkeurig hebben geexamineert en met de quitantien die den uytgaaf Justificeeren geconfronteert en alle vereyschte Informatien ten genoegen gehad hebbende dezelve rekening hebben bevonden te wezen deugdelyk en opregt

Waaromme zy gezamentlyke Comparanten niet alleen de gemelde rekening en verantwoording maar ook de gansche behandeling directie en administratie van de Heeren Comparanten ter Laaster Zyde approbeeren en volkomen goedkeuren by dezen

En nu overgaande ter Repartitie en uytkeering van het provenue van het voorschreve gelegateerde capitaal van f.34.000 ter Somme van 31.070 Zo competeert daarvan yder pro rato van desselfs gelegateerde Somme namelyk

Dus ipv 8000 nu 7310,- en 12 stuivers

ipv 4000 nu 3655 en 6 stuivers

ipv 2000 nu 1827 en 13 stuivers

Cornelia Post krijgt 5825 gulden en 11 stuivers in Contanten en Penningen

uit handen van de heren Nicolaas Warin Junior en Meester Jan van de Poll Pietersz